Zijn anti-spray spatlappen bij vrachtwagens verplicht?

Waternevel is hinderlijke voor alle deelnemers in het verkeer. Het opspattende water van de banden van een vrachtwagen, zorgt ervoor dat achterrijdend- en inhalend verkeer het zicht wordt ontnomen. Dit kan voor gevaarlijke situaties zorgen. Om de veiligheid op de weg te vergroten is het vanaf 09 april 2011 verplicht om vrachtwagens en opleggers van anti-spray spatlappen te voorzien. 

Een anti-spray spatlap is een rubberen lap die minimaal 70% van het opspattende water en vuil van de wielen afvoert, waardoor de chauffeur en andere weggebruikers beter zicht hebben op de weg. De spatlap eisen voor vrachtwagens en aanhangwagens staan beschreven in de Europese richtlijn 91/226/EEG opspatafschermingssystemen. Maar wat houden deze eisen precies in? Welke wielen moet je van anti-spray spatlappen voorzien? Wat zijn de juiste afmetingen?  En hoe moet je ze monteren? Wij geven antwoord op deze vragen in dit blog.

EU richtlijn 91/226/EEG opspatafscherming

Motor­wagens vanaf 7,5 ton en aanhang­wagens vanaf 3,5 ton (met een datum eerste toelating vanaf 29 oktober 2010) moeten volgens richtlijn 91/226/EEG voorzien zijn van een opspatafscherming systeem.

Wat is een opspatafscherming systeem?

Een opspatafschermingssysteem is bestemd om de verstuiving van water, dat door de banden van een rijdend voertuig wordt opgeworpen, te beperken. Het systeem bestaat, naar gelang het geval uit; spatschermen en spatlappen of zijskirts, die voorzien zijn van opspatafscherming.

Spatlappen moeten dus voorzien zijn van opspatafscherming. Deze opspatafscherming kan bestaan uit een lucht/waterscheider of een energieabsorberende inrichting. In de praktijk zijn eigenlijk alle verkrijgbare anti-spray spatlappen standaard voorzien van een energieabsorberende inrichting. Deze spatlappen nemen de energie van het opspattende water op, waardoor het opspatten van verstoven water wordt verminderd. Daarom worden ze dus ook anti-spray (of anti-nevel) spatlappen genoemd. Hieronder zie je het verschil tussen een gewone spatlap en een anti spray spatlap.

Wat zijn de anti-spray spatlap eisen?

• Een anti-spray spatlap moet achter de wielen van de vooras of voorassen en achter de wielen van de achterste achteras van de vrachtwagen worden aangebracht.
• Ze worden bevestigd aan het onderste gedeelte van het chassis, het laadvlak of aan het spatscherm.
• Anti-spray spatlappen moeten minimaal 70% van het opspattende water afvoeren.
• De spatlappen moeten voorzien zijn van een e-keurmerk.
• Ze mogen niet meer dan 100 mm achterwaarts doorbuigen onder invloed van een kracht van 3 N per 100 mm spatlapbreedte, uitgeoefend op een afstand van 50 mm boven de onderrand van de spatlap.
• De stand van de spatlap moet ongeveer verticaal zijn.
• De onderrand van de spatlap mag tot maximaal 20 cm boven het wegdek hangen. Voor de achterste as mag dit maximaal 30 cm zijn, als dit gezien de technische kenmerken van de ophanging toelaatbaar is (roll on/off ferries).
• De spatlap mag zich, horizontaal gemeten, niet verder dan 300 mm van de achterkant van de band bevinden.
• Minimaal moet de gehele breedte van het loopvlak van de band door de spatlap bedekt worden.
• Tussen de onderdelen van het systeem, zoals de spatlap, het spatbord en de zijafscherming mag zich geen opening bevinden. 

Gestuurde wielen, volgwielen of niet-gestuurde wielen i.c.m. spatscherm

Anti-spray spatlap eisen in combinatie met spatscherm enkelvoudige as.

Eisen spatlappen vaste assen of volgwielen - zonder spatschermen

Wanneer de afstand tussen de banden kleiner is dan 250 mm, hoef je geen extra spatlap tussen de banden te bevestigen.

Wanneer de afstand tussen de banden groter is dan 250 mm, dan moet je een extra spatlap tussen de banden monteren.

Achteraanzicht bij montage spatlap zonder spatscherm.

assen of volgwielen

Anti spray spatlap bedrukken

Bronnen: Focwa en Rai vereniging